Apache tear

Apache Tear steek

Apache tears zijn verlaagde steken die gehaakt worden in de voorste lussen van steken in de rij daaronder (daarom: verlaagd). Het patroon is veelzijdig en werkt met elk stekenmeervoud door simpelweg meer of minder steken tussen de verlaagde steken te haken.

Alle halve stokjes in de Apache tear worden gemaakt in de achterste lussen. Hiermee laat je een voorste lus over die je dan later op kan pakken. Je haakt dit deel uitsluitend aan de voorkant - dat betekent dat je je deken dus niet omdraait, maar steeds weer aan dezelfde kant begint met haken.

Apache tear uitleg

Stekenmeervoud

Er is geen vast stekenmeervoud, elk meervoud werkt. Je kan het simpelweg aanpassen door meer of minder halve stokjes tussen de verlaagde stokjes te haken. In de Regenboog Sampler 2 houden we een meervoud van 8 +1 steken aan - dus 1 verlaagde steek met 7 steken daartussen.

Eerste rij

De eerste rij van een Apache tear bestaat uit een rij van halve stokjes AL in kleur. Haak deze, knip dan je draad af en keer niet om. Vergeet niet, je haakt dit patroon alleen aan de voorkant!

Tweede rij

Hecht je nieuwe kleur aan met een hv in de achterste lus van de eerste s. Haak een losse en een hst AL in dezelfde steek. Maak nog vijf hst AL (foto 1). Je volgende steek is een verlaagd stokje, en wordt in de voorste lus van de steek direct onder je volgende steek in de vorige rij gehaakt(aangegeven met rode pijl in foto 2). Dit klinkt ingewikkeld, maar je hoeft hier alleen in de eerste rij over na te denken. Als je het lastig vind om zo de juiste lus te vinden, tel dan de lussen in de rij waarin je je naald gaat insteken en steek 'm in de zevende lus.

Sla de draad om en steek je naald door de lus (foto 3). Sla opnieuw om en haal de lus op, sla om en haal door alle lussen op je naald om je verlaagde stokje af te maken (foto 4). Het is eigenlijk een gewoon stokje maar dan wat lager ingestoken.

Maak zeven hst AL. Je volgende steek is een verlaagd st (lus is aangegeven met rode pijl in foto 5). Sla draad om en steek je naald in de lus. Sla opnieuw om, haal een lus op, sla weer om en haal door alle lussen op de naald (foto 6). Volg de instructies in het patroon en maak zo je rij af (foto 7). Knip het garen af en keer niet om.

Dit is in principe alles - het patroon vormt zich hierna vanzelf door de verlaagde steken elke keer een steek op te schuiven.

Derde rij en verder

Hecht de nieuwe kleur in de AL van de eerste steek aan de VK aan. Haak een hst AL in dezelfde steek, dan zes hst AL, waarvan de laatste in je vorige verlaagde st is (foto 8). Maak een verlaagd st direct daarnaast (foto 9). Daarna haak je zeven hst AL, en weer een verlaagd st. Haak je rij volgens de patrooninstructies verder.

Je ziet dat het stekenpatroon met een steek is opgeschoven, en zo maak je dit iconische patroon (foto's 10-11)!